Emotieregulatie is het vermogen om je eigen emoties te herkennen, te accepteren en in een zinvolle vorm te uiten. Als je niet makkelijk met emoties omgaat, dan kun je emoties negeren en later (over)emotioneel reageren. Je blijft daardoor langer in een emotionele toestand hangen. Storing in de emotieregulatie kan iedereen overkomen. Het komt wat vaker voor bij mensen met (kenmerken van) ADHD, Autisme, Borderline, Zelfbeeld problemen en Hoge sensitiviteit.
Storing in de emotieregulatie betekent dat je emotionele reactie ontbreekt, te koel of te heftig is. Je begrijpt emoties van jezelf of anderen niet goed of probeert ze te negeren. Uit frustratie kun je de neiging hebben om impulsief te reageren. Daardoor blijf je soms hangen een emotionele toestand, merkbaar aan je ademhaling, bloeddruk, blozen, hartslag, spierspanning (hoofd en nek), spijsvertering, vermoeidheid of zweten.
Het begint met een incident dat je raakt, waarop een onderkoelde reactie of een (ongewenste) uitbarsting volgt. Daarna blijf je erover nadenken. Emotioneel gedrag is een complexe gewoonte. Het verbergt gedachten en kan verbonden zijn met verstoorde interacties in het verleden, onveilige hechting of niet verwerkte trauma's. Kenmerkend kunnen zijn...
Angst aanvallen Arrogant/ koel gedrag Boosheid en driftaanval Destructief gedrag Dramatiseren Gebruik van alcohol of drugs Impulsief gedrag Instabiele relaties Jeugd trauma Theatrale vreugde Verdriet aanval Vermijdingsgedrag Wisselende stemmingen Zelfbeeld: te hoog of te laag
Emotie regulatie storingen?
een afspraak maken?
Storing in je emotie-regulatie kan een probleem vormen voor jezelf en anderen. Ongereguleerde reacties op emoties en het bijbehorende gedrag kan schadelijk zijn voor je relaties (partner, kinderen, vriendschappen) of veroorzaakt overtredingen van sociale regels (werk, buren, verkeer). Dat is uiteindelijk vooral het meest nadelig voor jezelf.
We analyseren probleemsituaties en manieren om die aan te pakken. Zowel je eigen emoties en die van anderen worden onderzocht. Je gaat emoties en stemmingen beter aanvoelen, onderliggende behoeften begrijpen en je gedrag beter sturen, veranderen of versterken.